Zondag 22 april 2018
Mijn vriend en ik zijn een
weekendje weg in het noorden van het land: gisteren hebben we Delfzijl en
Appingedam bezocht en vandaag gaan we naar Borger in Drenthe, waar het grootste
hunebed van Nederland te zien is.
We hebben overnacht in een
hotel in Delfzijl, dat een prima kamer heeft, maar een iets te zacht bed. Het
ontbijt maakt echter de matras weer goed: er is keus uit broodjes,
verschillende soorten beleg, komkommer, tomaat, yoghurtjes, drankjes en fruit.
We krijgen een gebakken eitje aangeboden en er is koffie en thee.
Aan een tafeltje genieten we
op ons gemak van het ontbijt, terwijl we ondertussen lezen op de placemat dat
de ruimte vroeger als gymlokaal gebruikt werd. Inmiddels is daar niets meer van
terug te zien en doet het restaurant ons meer denken aan een soort oude
Amerikaanse saloonbar. De service die we krijgen, hadden ze waarschijnlijk
alleen niet in het wilde westen: onze eitjes worden netjes aan tafel gebracht
en als er nieuwe croissants gebakken zijn, wordt ons vriendelijk gevraagd of
wij ook nog een warm croissantje willen.
Na het ontbijt gaan we terug
naar de kamer. We pakken rustig onze spullen in, controleren of we niets
vergeten zijn en checken uit. De tas gaat achter in de kofferbak, het navigatiesysteem
wordt ingesteld en we zijn op weg naar Borger!
De route gaat over dezelfde
provinciale weg als waarover we gisteren naar Delfzijl zijn gekomen. We houden
de weg aan richting Emmen en zien onderweg veel weilanden. Naarmate we dichter
bij Borger komen, zien we ook wat heuvels: de Hondsrug. Het doet ons een klein
beetje denken aan onze eigen Utrechtse Heuvelrug.
Zonder problemen weten we in
Borger te komen. Het centrum ziet er meteen gezellig uit, maar het is ook
duidelijk dat het dorp om het hunebed draait: overal zijn stenen te zien en de cafés
zijn ‘Het hunebed’ genaamd.
We volgen de weg naar het
hunebedcentrum, dat goed aangegeven staat. De auto parkeren we op de
parkeerplaats bij het centrum. Aan de overkant zien we meteen twee mammoeten
van een soort stro staan, een teken dat we terug de tijd in gaan.
Een van de mammoeten
Via de indrukwekkende
keientuin – de stenen zijn hier door het ijs vanuit Scandinavië gebracht –
bereiken we de ingang van het centrum. Hier kopen we onze toegangskaartjes. De
eerste stop is een film, die beelden laat zien van de gletsjers van vroeger, de
stenen en het trechterbekervolk dat de hunebedden gebouwd heeft. Het is een
film met mooie beelden, maar door het ontbreken van tekst en uitleg ook soms
iets langdradig.
De keientuin
Na de film gaan we het museum
in. Hier is te zien hoe het trechterbekervolk, dat vernoemd is naar de
trechterbekers die als overblijfselen van hun tijd gevonden zijn, duizenden
jaren geleden leefde. Ook kun je op de computer zelf een hunebed maken en is er
een grafkamer van een nagemaakt hunebed te bezoeken. Boven gaat de
tentoonstelling vooral over barnsteen.
We verlaten het museum en gaan
naar het Oertijdpark. Hier zijn boerderijen nagebouwd uit de steen-, brons- en
ijzertijd. Hier en daar zitten acteurs die mensen van vroeger moeten
voorstellen.
Een van de nagebouwde boerderijen
Door het park loopt een pad
dat als het ware door de geschiedenis slingert. Een onderdeel ervan is het
Blotevoetenpad, dat mensen uitdaagt op blote voeten over allerlei verschillende
grondmaterialen te lopen. Mijn vriend durft het wel aan en volgt het pad ook
dapper tot het eind, al was hij niet zo blij met de steentjes en kiezeltjes
onderweg…
Op het Blotevoetenpad...
Een ander deel van het park
laat de tent van de rendierjagers zien en een hut van vroeger. Ook door de rust
die er om ons heen is, hebben we echt het idee dat we terug de tijd in zijn
gegaan.
Woningen van vroeger
Als we weer terug bij de
ingang zijn, slaan we rechtsaf naar de expositieruimte. We lopen er even
doorheen, maar vinden het niet heel bijzonder. Onze volgende stop is wel heel
bijzonder: het grootste hunebed van Nederland.
Een deel van het hunebed
Het hunebed lijkt uit
verschillende delen te bestaan, waarschijnlijk door erosie. Allerlei mensen,
klein en groot, klimmen op het hunebed, maar wij vinden dit niet heel
respectvol. Het hunebed is waarschijnlijk vroeger als grafkamer gebruikt en we
vinden het niet gepast om op een graf te lopen.
Wie goed kijkt, ziet links nog net een voet van iemand die op het hunebed geklommen is
We proberen het hunebed met zo
min mogelijk mensen op de foto te zetten. Ondertussen praten we over hoe
indrukwekkend het is dat mensen dit vroeger zonder moderne hulpmiddelen gebouwd
hebben.
In het hunebed
Langzaam lopen we bij het
hunebed vandaan richting een bospad. Dit brengt ons terug naar de keientuin. We
besluiten eerst even te lunchen en dan terug te komen bij de keien. De lunch
gebruiken we op het terras van het restaurant vlakbij het hunebed, waar we
allebei heerlijke broodjes geserveerd krijgen. De menukaart is ook aangepast
aan het hunebedcentrum met gerechten als ‘Hunebed Highway’ en ‘Keientuin voor
Kids’.
Na het zeer smakelijke broodje
lopen we nog een rondje door het winkeltje voor we via het hunebed naar de
keientuin lopen. We begrijpen dat het centrum voor kinderen niet heel bijzonder
is, maar wij vinden het erg indrukwekkend.
De keientuin met rechts het Oertijdpark en op de achtergrond het bezoekerscentrum
We kijken nog even bij de
mammoeten aan de overkant van de parkeerplaats voor we aan de rit terug naar
Utrecht beginnen. Het eerste stuk is erg rustig, maar zodra we de A28 op gaan,
wordt het drukker.
De andere mammoet - van de eerste zijn nog net de slagtanden te zien
Zonder file bereiken we
gelukkig de provincie Utrecht, waar we – zelfs op zondag – nog even flink op de
rem moeten bij een stuk langzaam rijdend verkeer. Het duurt echter niet lang en
na een kleine omweg via de grond waar ons nieuwe huis gebouwd wordt, bereiken
we veilig en wel onze woonplaats.
Allebei vinden we het een erg
leuk weekend geweest – zowel de dag in Delfzijl en Appingedam als de dag van
vandaag met het hunebed. We hebben weer een stukje van Nederland gezien dat we
nog niet kenden en eigenlijk vonden we het allebei een geweldige ervaring. Een
aantal van de meest bijzondere plekken op de wereld hebben we al gezien, maar
na dit weekend weten we meer dan honderd procent zeker dat Nederland ook heel
veel moois te bieden heeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten