donderdag 14 januari 2016

Reisverslag Gambia 2015: dag 5 - deel 1

27 december 2015

Vandaag is onze excursie naar Senegal, wat betekent dat we vroeg op moeten: we worden namelijk al om tien over half zeven opgehaald.

Om wakker te worden, willen we graag even lekker warm douchen. Dit is echter makkelijker gezegd dan gedaan: tot drie keer toe valt het water uit…

Als we uiteindelijk toch gedoucht en aangekleed zijn, lopen we naar de receptie om de ontbijtpakketjes op te halen. We krijgen netjes twee pakketjes overhandigd, maar voor we kunnen kijken wat erin zit, blijkt dat de pakketjes voor een ander gezin zijn. Onze pakketjes zijn nergens te vinden: blijkbaar is er iets fout gegaan met het doorgeven aan de keuken… Omdat er ook nog niemand in de keuken is, gaat de man van de receptie zelf op zoek naar iets te eten voor ons. Hij komt uiteindelijk terug met drie witte boterhammetjes en wat stukjes koude boter, dat is alles wat hij heeft kunnen vinden. We bedanken hem voor de moeite die hij gedaan heeft, maar balen er wel van dat het fout is gegaan met doorgeven.

Op het terras van het hotel eten we ons ontbijt op. Vervolgens is het wachten op de bus die ons op komt halen. Pas tegen tien voor zeven stopt er een busje voor de ingang. We rijden eerst nog langs een aantal andere hotels, waarbij er bij eentje erg lang gewacht wordt omdat er twee mensen niet op zijn komen dagen. Terwijl we wachten, moeten we vast onze paspoortgegevens in drievoud invullen, zodat de grenspassering straks vlot kan verlopen.

Via Kotu rijden we daarna eindelijk richting de haven van Banjul, de hoofdstad van Gambia. Hier zullen we met de veerboot de Gambia rivier oversteken. Langs de weg naar de haven zien we veel armoedige en vervallen gebouwen. Alles ziet er even oud, stoffig en verroest uit. Ook lopen er gewoon geiten tussen de mensen door op straat, op zoek naar een klein beetje gras om te grazen.

Bij de haven moeten we uit het busje stappen. Onze gids haalt de kaartjes, terwijl wij voor het ingangshek wachten. Het wachten duurt gelukkig niet lang, want er staan alweer verkopers vlakbij om ons nephorloges en souvenirs aan te bieden.

Als we binnen het hek zijn, geeft onze gids ons opdracht te wachten bij een aantal stenen. Meteen komen er enkele verkopers op ons af, die ons één voor één afgaan met hun koopwaar van bananen, noten en souvenirs. We wijzen ze allemaal zo beleefd mogelijk af en doen alsof we erg geïnteresseerd zijn in de vogels.

Komt de veerboot er al aan?

De veerboot laat intussen lang op zich wachten. Aan de gids, die zich helemaal niet met ons bemoeit en met andere mensen aan het praten is, vragen we of er ergens een toilet is. Hij moet hiervoor een sleutel vragen aan de politie, die het toiletgebouw voor ons opent. Het is alles behalve het beste toilet, want er is geen licht en de schoonmaak lijkt al in geen maanden (jaren?) gedaan te zijn. Maar goed, we zijn dan ook in Gambia!

Rond kwart voor negen zien we in de verte eindelijk de veerboot naderen. Hij komt maar langzaam vooruit, wat logisch is door de enorme lading van mensen, auto’s en goederen aan boord. Het duurt dan ook lang voordat alles en iedereen van boord is.

De volgeladen veerboot arriveert!

Zodra de veerboot grotendeels leeg is, wordt begonnen met het laden van nieuwe goederen. Ook wij mogen aan boord. We volgen onze gids naar het bovendek, waar we een zitplaats kunnen zoeken. Vanaf onze plaats kunnen we ook zien hoe de boot verder geladen wordt.

Het laden van de boot

Er worden veel zakken aan boord gebracht met karren en ook rijden er auto’s en vrachtwagens de veerboot op. Dan gaat het hek open waarachter de gewone passagiers moesten wachten. Rennend alsof hun leven ervan afhangt, stormen ze naar de boot. Het is echt een wonder dat er niemand valt en dat er geen ongelukken gebeuren!

Rennen!

Na nog even gewacht te hebben, vertrekt de boot eindelijk richting de andere kant van de rivier. We laten de haven van Banjul achter ons, passeren de vissershaven en gaan onderweg naar Barra. Aan boord zijn uiteraard ook weer verkopers, maar deze zijn beleefder: als je ‘nee’ zegt, accepteren ze dat en lopen ze door. Wel valt ons een apart figuur op: een man met zonnebril en stok alsof hij blind is, die met een megafoon de boodschap van Allah aan boord verkondigt…

De vissershaven van Banjul

Ondertussen is onze gids in slaap gevallen, de lijst met onze paspoortgegevens onbeheerd naast zich. Gelukkig let een gids van een andere groep wel op en houdt hij in de gaten dat er niks mee gebeurt.

De overtocht naar Barra duurt zo’n drie kwartier. Vanaf het dek hebben we uitzicht op het havenstadje, wat er heel erg armoedig uitziet. Dit wordt bevestigd als we van de boot afkomen en richting onze bus lopen. Behalve armoedig is Barra ook erg chaotisch: iedereen loopt door elkaar heen, auto’s proberen ertussendoor te rijden en tegelijkertijd lopen er ook nog dieren rond.

We zijn dan ook blij als we eindelijk in het busje zitten. Vervolgens duurt het nog even voor we weg kunnen rijden door de chaos, maar dan zijn we eindelijk op weg naar de grens met Senegal!

Het is een kleine drie kwartier rijden naar de grensovergang. De rit valt op zich mee, maar dan komt het: we zijn bij de grens… Wat we daar zien en meemaken, is eigenlijk nauwelijks te beschrijven. Zodra het busje stopt, komen er van alle kanten verkopers op ons af met bananen, noten en stukken kokosnoot. Ze kloppen op de ramen van het busje en als we het busje uit proberen te komen om naar het toilet te gaan, blokkeren ze eigenlijk gewoon onze weg. Met moeite komen we er langs en haasten we ons naar het toilet, dat niet meer is dan een gat in de grond. Vervolgens moeten we in het busje wachten op onze gids, die met onze paspoorten het grensgebouw in is gegaan. Onze chauffeur rijdt het busje iets verder richting de grens zelf en gaat dan ook het grensgebouw in. De verkopers proberen hiervan te profiteren en verdringen zich rondom het busje. Ondertussen hebben wij uitzicht op de grens, die gevormd wordt door paaltjes met een verroeste ketting ertussen. Hier en daar ontbreekt de ketting zelfs, zodat mensen gewoon de grens over kunnen steken.

Uiteindelijk keren onze chauffeur en gids dan toch terug en steken we de grens over. Het is nu nog maar vijf kilometer naar het park. Onderweg zien we kleine dorpjes, bestaande uit zelfgemaakte huisjes die in een halve cirkel om een dorpsplein heen zijn gebouwd. Op het plein zien we regelmatig groepjes onder een boom zitten als een soort schoolklas. Kinderen die langs de weg lopen of staan, zwaaien enthousiast en breed lachend naar ons: ze vinden het maar wat leuk om toeristen te zien!

Nadat we ongeveer vijf kilometer gereden hebben, zijn we bij de ingang van het Fathala Wildlife Reserve: een beschermd gebied voor wilde dieren. In het park wonen zebra’s, antilopen, giraffen, vogels, apen, zwijnen en elanden en er is nog één neushoorn. Ook zijn er leeuwen, maar die hebben een apart gebied.

De ingang van het park

Iets voorbij de parkeerplaats bij de ingang zijn drie ronde gebouwtjes neergezet: de toiletgebouwen en een soort winkeltje. De toiletgebouwen zijn keurig schoon en binnenin versierd met grote foto’s van dieren uit het park.

De gebouwtjes bij de ingang

De gebouwtjes staan rondom een grasveld, waarop twee reuzeschildpadden lopen. Op de foto met ze gaan is geen enkel probleem en je kunt ze ook gewoon aanraken. Wel moet je natuurlijk uitkijken, want ze kunnen bijten.

Samen met 1 van de reuzeschildpadden

Aan de overkant van het grasveld is het restaurant van het park. Hier mogen we alvast onze lunch bestellen, die we na de rit door het park zullen krijgen. We kunnen kiezen uit verschillende soorten pizza’s, die allemaal zelf gemaakt worden.

Het restaurant

Als iedereen een lunch besteld heeft, mogen we doorlopen naar de truck waarmee we de rit door het park gaan maken. De safari kan beginnen!

De safaritruck

Via een zandweg rijden we het echte park in. Langs de kant van de weg zien we veel bomen en struiken. Enkele zandpaadjes lopen tussendoor, maar het zijn geen aangelegde wegen: ze worden zandpaadjes, doordat de safaritrucks erover heen rijden.

De weg naar de ingang van het park

Het duurt niet lang voor we de eerste dieren zien: op een open plek staan drie zebra’s bij elkaar. Ze kijken niet op of om als de truck stopt en laten zich rustig fotograferen.

De drie zebra's op een rijtje

Op de open plek loopt ook een groep zwijntjes. Het zijn echte “Pumbaa’s”, ze lijken precies op het tekenfilmfiguurtje uit de Lion King. Onze safarigids heeft het ook meteen over “Hakuna Matata!” als we op de dieren wijzen, hij is duidelijk bekend met de film!

Pumbaa's!

Nadat iedereen in de truck tientallen foto’s van de zebra’s en zwijnen heeft gemaakt, rijden we verder. Opnieuw duurt het niet lang voor we weer dieren zien: aapjes, die razendsnel de weg oversteken en wegschieten tussen de struiken. Het volgende dier dat we zien, komt minder snel weg: het is de neushoorn!

De neushoorn

De truck stopt vlakbij het enorme beest. Even lijkt het alsof hij recht op ons afloopt, maar dan gaat hij naar de achterkant van de truck. Met zijn hoorn tikt hij een beetje tegen de truck. Verder laat hij zich rustig fotograferen.

"Tik, tik, wie ben ik?"

Onze safarigids vertelt ons dat er eerst twee neushoorns in het park woonden. Tijdens een gevecht heeft het mannetje het vrouwtje echter verwond en is ze uiteindelijk aan haar verwondingen overleden. Het mannetje is de neushoorn die op slechts een paar meter van ons af staat…

Lachend vlakbij de mannetjesneushoorn...

Na uitgebreid foto’s gemaakt te hebben, rijden we weer door, op zoek naar de volgende dieren. Wat zullen we nog meer tegenkomen?


(Wordt vervolgd!)

Lees verder: Dag 5 - deel 2



Geen opmerkingen:

Een reactie posten