4 augustus 2014
Zoals altijd als ik op vakantie ga, ben ik vroeg wakker. Ik pak de laatste
spullen in, zeg mijn konijntje Fleur gedag en vertrek dan naar Amsterdam
Schiphol Airport. Hier vandaan vlieg ik met EasyJet rechtstreeks naar Belfast
International Airport.
Hoewel ik niet verwacht dat het druk zal zijn (wie gaat er nu op een
maandag naar Belfast?), blijkt elke stoel in het vliegtuig bezet te zijn. Toch
levert dat geen vertraging op, daar zorgt EasyJet wel voor uiteraard!
Na een rustige vlucht komen we keurig op tijd in de buurt van Belfast
International Airport. De landing wordt ingezet en het vliegtuig wordt aan de
grond gezet. We taxiën naar de gate en mogen vrij snel van boord. Ik haal mijn
koffer op en loop naar buiten om de bus te nemen naar het stadscentrum.
Bus 300 rijdt vanaf Belfast International Airport elk kwartier naar het
Europa Buscentre, het grote trein- en busstation van Belfast. Een kaartje voor
de bus is bij de chauffeur te koop, maar ook al aan boord van het vliegtuig.
Tip: vlieg je ook weer terug vanaf Belfast International Airport, koop dan een
retourkaartje! Dit is voordeliger dan twee enkeltjes en het kaartje blijft een
maand geldig (vanaf de dag van aankoop).
Nadat de bus is aangekomen bij het Europa Buscentre moet ik nog een klein
stukje lopen naar mijn hotel: het Days Hotel, waar ik twee jaar geleden ook
verbleef. Het is niet het meest luxueuze hotel, maar het ligt naast het Europa
Buscentre en vlakbij het stadscentrum. Bovendien is er overal in het hotel
gratis Wi-Fi met behulp van een dagelijks wisselende code (verkrijgbaar bij de
receptie van het hotel).
Ik check in en krijg een kamer toegewezen op de bovenste verdieping van het
hotel. Ik wil wel schrijven dat ik vanuit mijn kamer een prachtig uitzicht heb
over de stad, maar aangezien er eigenlijk alleen maar gebouwen en daken te zien
zijn, weet ik niet of je het echt 'prachtig' mag noemen...
Uitzicht vanuit mijn hotelkamer
Na een beetje uitgepakt te hebben, ga ik de stad in. Ik loop door het
Europa Buscentre (dit is de kortste weg) en kom uit op Great Victoria Street,
waar Belfasts bekendste bar, The Crown Bar, aan gelegen is. Ook staan er langs
deze straat boompjes die geplant zijn door diverse beroemdheden. Ze worden
daarom ook wel "Celebrity Trees" genoemd.
Verder ligt het grote Europa Hotel hier (de Amerikaanse oud-president Bill
Clinton verbleef hier tweemaal) en het Grand Opera House, een gebouw dat
vroeger een circus was, maar tegenwoordig gebruikt wordt voor shows en
musicals.
In het stadscentrum bezoek ik als eerste Victoria Square, één van de
winkelcentra van de stad. Het is geen heel groot winkelcentrum, al hoort er wel
een grote bioscoop bij.
Deze zomer is er (vooral voor de kinderen) een 'dino-tentoonstelling':
verspreid door het winkelcentrum staan nagemaakte dino's met een
informatiebordje erbij. Kinderen kunnen een speurtocht doen door alle dino's op
hun kaartje in het winkelcentrum op te zoeken en er dan de juiste sticker op te
plakken.
Dino in Victoria Square
Nadat ik mijn favoriete winkels in het winkelcentrum bezocht heb en een
foto heb gemaakt van de Jaffe fontein aan de achterkant loop ik richting Royal
Avenue. De Tesco die nu in het grote witte gebouw aan het begin van deze straat
zit, was vroeger een bank, vertelt een informatiebord me. Dit soort
informatieborden staan verspreid door heel Belfast en geven meer informatie
over het gebied, het gebouw of standbeeld in de buurt van het bord.
Ik passeer de Tesco en ga het CastleCourt Shopping Centre binnen, één van
de andere winkelcentra van de stad. Het bestaat uit twee verdiepingen en heeft
een aantal leuke kleine winkeltjes, zoals een winkeltje gespecialiseerd in
Amerikaans eten (vooral snoepgoed) en kaarten voor alle gelegenheden.
Omdat ik nog niet uit gewinkeld ben, ga ik nog even naar de Disney Store
aan Donegall Place. Donegall Place is ook bekend van The Masts: acht
'scheepsmasten' met een vlag eraan met daarop een afbeelding van een White Star
Line schip. De masten hebben allemaal de naam van het schip op de zijkant en
aan de voet ervan ligt een steen met algemene informatie erover. Uiteraard is
de Titanic één van de masten.
De masten van Donegall Place
Ik breng vervolgens een bezoek aan de City Hall, het gemeentehuis van
Belfast. Binnen in het gebouw is op dit moment een tentoonstelling over de
Eerste Wereldoorlog, die 100 jaar geleden begon, en er zijn glas-in-loodramen
te bekijken. Buiten is de Titanic Memorial Garden interessant: een monument ter
nagedachtenis aan de slachtoffers van de Titanic. Op vijf informatieplaquettes
zijn de namen van alle slachtoffers te lezen, waaronder die van de drie Nederlanders
aan boord van het schip: George Reuchlin (eerste klas passagier), Hendrik
Bolhuis (tweede klas kok) en Wessel van der Brugge (stoker).
Wessel van der Brugge als één van de slachtoffers
Inmiddels loopt het tegen het einde van de middag en besluit ik dat ik
beter terug kan gaan naar het hotel. Mijn diner koop ik bij de eerder genoemde
Tesco, waar ze een interessante ‘meal deal’ hebben: voor een paar pond kun je
een sandwich, salade of koude pastamaaltijd kopen met een flesje drinken en een
snack (chips of iets van fruit). Handig voor wie met een budget reist!
Op mijn hotelkamer controleer ik nog even de bustijden voor morgen via de
app van Translink, de openbaar vervoer maatschappij van Belfast. Via deze
superhandige app kun je overal (mits je verbonden bent met Internet)
controleren hoe laat de bussen gaan. Je kunt een verbinding zoeken vanaf je
eigen locatie, maar je kunt ook een locatie opgeven. Daarnaast laat de app zien
bij welke haltes de bus onderweg stopt.
Voor morgen heb ik die informatie niet nodig: ik breng dan een bezoek aan
het Titanic Belfast museum en ik weet nog precies waar dat ligt!
Tot morgen!
Lees verder: Dag 2
Geen opmerkingen:
Een reactie posten