zondag 20 augustus 2017

Reisverslag Sri Lanka 2017: dag 10

Woensdag 19 juli 2017: Kandy

Voor vandaag staat er geen reisdag op het programma, we blijven in Kandy. Wel is er een strakke planning, want we hebben maar liefst vijf verschillende activiteiten te doen vandaag: de Tempel van de Tand en een edelstenenwinkel bezoeken, naar een zijdefabriek, de botanische tuin bekijken en als afsluiting van de dag zijn er plaatsen voor ons gereserveerd bij een show met traditionele muziek en dans.

De dag begint echter niet zo goed: ik ben ’s nachts niet lekker en heb veel last gehad van buikkrampen. Omdat ik heel erg naar Kandy uitgekeken heb, wil ik toch het programma meedoen. Gelukkig voel ik me na een prima douche wat beter en kan ik gewoon mee ontbijten. Hier is duidelijk te zien dat het hotel waar we verblijven wat luxer is. Er is namelijk heel erg veel keus en er is zelfs een mogelijkheid om wafels te laten bakken.

Na het ontbijt verzamelen we onze spullen voor de dag en wachten we in de lobby op de rest van de groep. Drie leden van de groep hebben zich afgemeld, omdat zij niet lekker zijn. Dit betekent dat we ons met vijfentwintig mensen in het kleine busje proppen, waar nu iets meer ruimte is dan gisteren: toen was het echt sardientjes in blik.

Tijdens het ritje naar beneden proberen we niet te veel na te denken of naar buiten te kijken, aangezien het nogmaals duidelijk wordt dat het een heel steile en smalle weg is waar je zeker geen tegenliggers tegen moet komen… Iedereen is blij als we beneden zijn en we weer in onze vertrouwde roze bus kunnen stappen.

Met de roze bus rijden we naar de Tempel van de Tand. Omdat deze tempel gelegen is aan een drukke straat moeten we allemaal snel uitstappen. We verzamelen op het plein en verdelen ons dan in twee groepen. De Tempel heeft namelijk gescheiden ingangen: eentje voor de mannen en eentje voor de vrouwen. Ook is er een tassencontrole. Dit heeft alles te maken met de aanslag die de Tamil Tijgers in 1998 bij de Tempel pleegden. Door middel van een bom die ontplofte, werd een groot deel van de voorgevel verwoest.

Iedereen van onze groep komt goed door de controle heen en dan staan we in het tempelcomplex. Voor boeddhisten is dit de belangrijkste tempel, omdat hier een hoektand van Boeddha bewaard wordt. Boeddha werd na zijn overlijden gecremeerd, maar gelovigen wisten onder andere de hoektand uit het vuur te redden. Acht eeuwen lang werd de Tand in India bewaard door hindoes, daarna werd hij teruggegeven aan de boeddhisten. In het haar van een dochter van de toenmalige koning werd de Tand naar Sri Lanka gesmokkeld. Na nog heel even in India geweest te zijn, kregen de Portugezen de Tand uiteindelijk te pakken in de zestiende eeuw. Zij verpulverden en verbrandden de Tand en gooiden de as ervan in zee. De Tand, zo vertelt de legende, is toen op wonderbaarlijke wijze weer hersteld en via de zee teruggekeerd naar Sri Lanka…

Het tempelcomplex begint met een simpele tuin. Er staan wat standbeelden en er zijn wat grasvelden, maar verder is het vooral het pad dat naar de tempel leidt. Halverwege staat een standbeeld van een monnik met een Engelse vlag. Het verhaal gaat dat, toen er afgesproken was dat Sri Lanka op 4 februari 1948 om twaalf uur ’s middags onafhankelijk zou zijn van de Britten, de monnik niet kon wachten op de onafhankelijkheid en de vlag al eerder naar beneden haalde.

Het standbeeld van de monnik met de Engelse vlag

We lopen verder naar de Tempel, die er van buiten erg groot uitziet. De Tempel maakt ook een statige indruk door de strakke lijnen en natuurlijk de witte kleur van de muren.

De Tempel van de Tand

Van binnen is de Tempel kleurrijker. Met behulp van afbeeldingen wordt de jaarlijkse parade uitgebeeld. Een keer per jaar wordt een kopie van de Tand in een relikwiehouder op de rug van een olifant gehesen en aan de stad getoond. Dit gebeurt door middel van een grote parade met muzikanten, dansers en olifanten. Alleen een grote olifant met rechte slagtanden mag de kopie dragen: alles moet perfect zijn voor de Tand.

Kleurrijke versiering in de Tempel

Als we voorbij de afbeeldingen echt de Tempel in gaan, valt ons meteen op hoe druk het is. Boeddhisten, vooral vrouwen, staan in een lange rij met hun handen vol met eten en / of bloemen om te offeren, terwijl toeristen erom heen staan in de hoop een goed plaatsje te hebben voor de offerceremonie. Bij de offerkamer, een ruimte op de begane grond, staan diverse mannelijke boeddhisten in speciale kleding met vlaggen en muziekinstrumenten. Zij leiden de offerceremonie in.

Het begin van de offerceremonie

Onze reisleider zoekt een plaatsje voor ons op het plateau tussen de begane grond en de eerste verdieping. Zo kunnen we zien hoe af en toe een man met offers de offerruimte in gaat en hoe andere mannen met muziek en een vlag om de offerkamer heen lopen.

Om de offerkamer heen lopen

Ondertussen wordt het steeds drukker. De rij van de boeddhistische vrouwen wordt langer, toeristen proberen nog een plaats te vinden om goede foto’s te maken. De bovenverdieping staat ongetwijfeld ook helemaal vol, want daar wordt de Tand bewaard.

De bovenverdieping van de Tempel

Wanneer de mannen aan hun tweede rondje om de offerkamer beginnen, wenkt onze reisleider ons dat we naar boven moeten gaan. Uit respect voor de biddende en offerende boeddhisten bergen mijn vriend en ik onze fotocamera’s op. We volgen de meute naar boven, waar twee rijen blijken te zijn: één voor de offerende boeddhisten en één voor de toeristen. Voetje voor voetje schuifelen we naar voren. Enkele bewakers zorgen ervoor dat de offerrij blijft bewegen. De toeristen bewegen langzaam, iedereen wil graag een foto van de Tand. Deze is echter niet te zien, alleen de gouden reliekhouder is zichtbaar. Wij vangen er nog net een glimp van op, dan gaan de deuren dicht. De puja, het offeren, is voorbij.

Nog steeds voetje voor voetje schuifelen we door langs een lange tafel vol met lotusbloemen. We proberen bij de rest van de groep te blijven, maar een klein groepje Aziaten maakt dat wat moeilijk door precies tegen de richting in te gaan… Uiteindelijk zien we onze reisleider en weten we dat we naar beneden moeten. Vervolgens moeten we een andere trap op naar de Alut Maligawa, de Zaal van de Nieuwe Schrijn. Onze reisleider valt uit tegen een paar Aziaten die voor willen dringen door via de uitgang naar binnen te gaan. Hierbij snijden ze ook nog een boeddhistische vrouw met een kindje de pas. Wij wachten rustig even en lopen dan een rondje door de kleine zaal vol met Boeddhabeelden, boeken en allerlei andere voorwerpen die iets met de Tand te maken hebben.

Na het verlaten van de Alut Maligawa staan we weer bij de offerkamer beneden. Hier kunnen we goed zien hoe indrukwekkend de ruimte is.

De grote offerkamer in de Tempel

We lopen door naar de andere kant, waar een soort museumruimte is. Met behulp van grote platen wordt het verhaal van de Tand verteld. Ook staan er een heleboel verschillende Boeddhabeelden. Elke houding betekent weer iets anders, bijvoorbeeld dat het niet belangrijk is of je rijk of arm bent of groot of klein: iedereen is welkom voor Boeddha.

Boeddhabeelden in het museum

Als we uitgekeken zijn, gaan we naar buiten, waar we nog een laatste blik op de Tempel kunnen werpen. Buiten is goed het gouden dak te zien, waaronder de Tand bewaard wordt. Op het plafond zijn gouden lotusbloemen aangebracht om alles net dat beetje extra te geven (zie de foto van de grote offerkamer in de Tempel)..

De Tempel buiten

Langs de oude ingang en een ruimte gevuld met olielampjes voor mensen die als het donker is willen bidden, komen we bij de uitgang van de Tempel. Door een straatje vol met kraampjes komen we weer bij de hoofdstraat. Het is even wachten, maar dan kunnen we onze bus opnieuw in.

Fontein in het zijstraatje van de hoofdstraat

Met de bus rijden we naar de edelstenenwinkel. Inmiddels heb ik weer flink last van buikkramp. Gelukkig kunnen we even zitten, terwijl we een kort filmpje te zien krijgen over hoe edelstenen gevonden worden in Sri Lanka. Vervolgens mogen we in het museum rondkijken… en gaan we uiteraard de winkel in. De reisleider, die weet dat ik niet helemaal lekker ben, bereidt ondertussen een speciaal Sri Lankaans drankje voor me. Het zou moeten helpen, maar de smaak is zo verschrikkelijk dat ik me mogelijk nog zieker voel.

Samen met mijn vriend en een aantal anderen wacht ik buiten, terwijl sommige groepsleden inkopen doen. De frisse lucht, die frisser lijkt door de korte maar hevige regenbui van toen wij net binnen waren, helpt en ook de kramp in mijn buik wordt iets minder. Ik wil het liefst nog verder mee – ik ben erg benieuwd naar de botanische tuin en de show – maar we besluiten uiteindelijk toch dat het beter is om terug naar het hotel te gaan. De reisleider laat een tuktuk voor ons regelen, we spreken een prijs af en verlaten dan de groep.

Ik vind het erg jammer dat we eerder terug moeten, al blijkt het minder erg te zijn om in een tuktuk de berg op te gaan dan in het kleine busje. Eenmaal in het hotel begin ik me ook langzaam iets beter te voelen: we lunchen op ons gemak in een heel sjiek lunchrestaurant en genieten van het werkelijk prachtige uitzicht.

Het uitzicht

De Tempel van de Tand, gezien vanaf ons hotel (met flinke zoom)

 Na het eten trekken we lekker onze zwemkleding aan en gaan we naar het zwembad van het hotel, dat te bereiken is via een lange trap. Een verfrissende duik doet me ook goed, evenals de warme zonnestralen.

De rest van de middag brengen we bij het zwembad door, heerlijk ontspannen. Tegen zes uur gaan we terug naar de kamer, zodat we om zeven uur naar het diner kunnen. Als we richting het restaurant lopen, zien we de rest van onze groep – zij zijn nu pas terug. Aan de verhalen te horen hebben we een paar mooie dingen gemist, maar eigenlijk ook weer niets: in de zijdefabriek ging het meer om het moeten kopen van kleding, de botanische tuin was heel erg veel lopen en de show was min of meer een uur lange versie van wat we vanochtend in de Tempel gehoord hebben. Alles bij elkaar hebben we dus een goede keuze gemaakt om terug te gaan.

Hoewel we eigenlijk wilden eten en dan snel terug naar de kamer, raken we in het restaurant aan de praat met enkele groepsgenoten en zijn we pas later terug. We gaan vrij snel naar bed en zetten geen wekker, aangezien we morgen een heerlijke vrije dag hebben.


Tot morgen!

Lees verder: Dag 11 (Kandy)



Geen opmerkingen:

Een reactie posten