8 mei 2015: Niagara
Falls à York
De prachtige dag van gisteren staat nog steeds in ons
geheugen gegrift. Vandaag zal een heel andere dag worden: we hebben een rit van
bijna 725 kilometer en we zullen een bezoek brengen aan Gettysburg, de plaats
waar tijdens de Civil War drie dagen lang gevochten is.
Vanwege de lange rit en het feit dat we de grens over
moeten steken, is het de bedoeling dat we vroeg vertrekken. Ik word echter wel
heel vroeg wakker: ik ben vergeten om mijn WiFi verbinding uit te zetten en
krijg om iets over half vijf twee berichtjes via Facebook binnen… Gelukkig val
ik nog even in slaap.
Een uur later sta ik wel op. Ik pak mijn koffer weer in,
ontbijt op de kamer en spreek even met het thuisfront via een zeer slechte
Internetverbinding. Dan breng ik mijn koffer naar de bus en wacht op het
vertrek, dat om kwart over zeven gepland staat. Onze reisleidster is er vandaag
erg op gebrand om op tijd te vertrekken vanwege het moeten oversteken van de
grens. We blijken goed gedrild te zijn en stipt om kwart over zeven rijdt de
bus weg bij het hotel.
Onze eerste stop is bij de duty free winkel, waar
verschillende mensen gisteren belastingvrij inkopen hebben gedaan. De aankopen
worden namelijk in de winkel bewaard en pas als je de grens oversteekt, krijg
je ze mee.
Terwijl onze reisleidster de gekochte spullen uitdeelt,
kan de rest nog foto’s maken van de watervallen, die vanochtend in een lichte
mist verborgen liggen.
Uitzicht vanuit de bus op de Niagara Falls met mist
Als alle spullen uitgedeeld zijn, rijden we de Rainbow
Bridge over naar de grensovergang. Dit is onze laatste blik op de Niagara
Falls. Voor de laatste keer klikken de fototoestellen om nog één keer dit
prachtige natuurschoon vast te leggen.
Een laatste blik op de Niagara Falls vanaf Rainbow Bridge
Dan wordt het serieus: we zijn bij de grensovergang. We
hebben geluk, want we zijn de eerste bus en mogen als eerste naar binnen om ons
paspoort te laten controleren. Ondertussen loopt er iemand door de bus om te
kijken of daar niets te vinden is dat de grens niet over mag. Alles gaat
gelukkig goed en om kwart voor acht zijn we weer in de Verenigde Staten.
We rijden over de 384 snelweg richting het zuiden en
krijgen ondertussen van onze reisleidster een snoepje: een maple kiss. Deze
snoepjes, gemaakt van de Canadese maple syrup, had ze gekregen bij de duty free
winkel als een soort van afscheidscadeautje. We nemen er allemaal graag eentje,
want ze smaken heerlijk!
Inmiddels zien we goed het verschil tussen de Canadese en
Amerikaanse kant van de Niagara Falls. De Canadese kant is echt gericht op het
toerisme met restaurants, winkels en attracties, terwijl er aan de Amerikaanse
kant weinig te beleven is. Wel zien we in de verte, als we de brug van de 190
snelweg over de Niagara rivier oversteken, nog net een klein beetje mist van de
watervallen.
Wie goed kijkt, ziet rechts van het midden (onder de gebouwen) nog een wolkje mist van de Niagara Falls
We rijden door richting het zuiden en passeren onder
andere enkele ‘vuilnisbergen’: heuvels waar vroeger een vuilnisbelt was, maar
waar nu gras over het vuilnis heen groeit. We slaan af naar de 90 snelweg en
komen langs het vliegveld Genesee County Airport en vervolgens lang het
plaatsje Batavia. Deze plaats is vernoemd naar de Nederlandse Betuweregio
(Batavia is de Latijnse naam voor deze regio) om de Nederlandse
landontwikkelaars van vroeger te eren.
Onderweg in de staat New York
We gaan verder over de 390 snelweg. Onderweg komen we
langs Groveland Correctional Facility, een gevangenis. Vroeger zaten hier zowel
vrouwelijke als mannelijke gevangenen, maar tegenwoordig zijn het alleen nog
mannen die hier hun straf uitzitten.
Verderop, in de buurt van het plaatsje Bath, maken we
onze eerste echte stop van de dag bij een truck stop. Op de parkeerplaats erbij
staan een heleboel grote trucks geparkeerd met de meest uiteenlopende
kentekenplaten. Zo zie ik een truck uit Michigan, maar ook uit Arkansas en
Wyoming. Elke vakantiereis in de Verenigde Staten probeer ik van alle vijftig
staten minimaal één kentekenplaat te zien en dankzij deze stop heb ik inmiddels
de kentekenplaten gezien van 27 verschillende staten.
Na de stop rijden we verder over de 86 snelweg. In de
buurt van Coopers Plains komen we langs een klein vliegveldje waar een aantal
vliegtuigen klaar staat om te vertrekken. Tijd om te kijken hoe ze opstijgen
hebben we echter niet, want we hebben nog heel wat kilometers af te leggen! We
gaan naar de 99 snelweg en steken rond kwart over elf de staatsgrens over.
Vanaf nu zijn we in de staat Pennsylvania, een staat die voor 80 procent uit
bos bestaat. Ook komen hier veel kerstbomen vandaan, vertelt onze reisleidster,
niet lang nadat we inderdaad langs een Christmas Tree Farm
(kerstbomenboerderij) zijn gereden.
Terwijl we buiten nog steeds veel bos en bergen zien,
laat onze reisleidster wat boekjes in de bus rondgaan over de Civil War en over
de Amish, over wie we morgen nog meer zullen leren. We rijden langs de plaats
Hepburnville en komen uiteindelijk in de buurt van Williamsport, waar het
Little League baseball vandaan komt: het honkbal voor kinderen.
De bedoeling is dat we in Williamsport zullen stoppen bij
een supermarkt. De chauffeur heeft echter een verkeerde straat in het
navigatiesysteem aangetikt, waardoor we een stukje omrijden. Heel erg vinden de
meesten het niet, aangezien het een mooie route is door de bergen en natuur.
Onderweg in de staat Pennsylvania
Uiteindelijk zijn we dan toch bij de Kohl’s supermarkt.
Het is een enorm grote supermarkt, iets dat normaal is voor Amerikaanse
begrippen, met een gedeelte erbij waar je eten kunt kopen om gelijk op te eten.
Ik koop een ‘broodje’ (het is groot genoeg om de hele week van te kunnen
lunchen…) en zoek dan een plekje in het zonnetje om even rustig bij te komen
van de lange rit tot nu toe.
Rond tien voor twee gaan we weer verder. De volgende stop
zal bij het Visitor Center (bezoekerscentrum) van Gettysburg zijn. De verwachte
aankomsttijd is op dit moment vijf voor half vijf, wat betekent dat we zo’n
tweeënhalf uur zullen moeten rijden. Helaas wordt de verwachte aankomsttijd al
snel later, want voorbij Shamokin Dam (een plaatsje bij de Adam T. Bower
Memorial Dam – ’s werelds langste opblaasbare dam) komen we terecht in een
lange file. We hebben nog iets afleiding door te kijken naar de Susquehanna
rivier links van ons, waar midden in het water ineens een beeld staat dat lijkt
op het Vrijheidsbeeld van New York, maar dan helemaal wit is. Helaas kan ik
geen foto maken, want het uitzicht wordt elke keer geblokkeerd door bomen.
We rijden nog steeds stapvoets over de 15 snelweg
richting Marysville. Pas tegen vier uur lost de file op en kunnen we in een
vlot tempo doorrijden over de 81 snelweg naar Gettysburg. Onderweg passeren we
nog een winkel waar schuren verkocht worden die gebouwd zijn door de Amish.
Morgen zullen we daar zeker meer van gaan zien!
Tegen vijf uur bereiken we eindelijk het Visitor Center
van Gettysburg, waar we even rond kunnen kijken en meer kunnen leren over de
Slag bij Gettysburg. Deze veldslag vond plaats van 1 juli 1863 tot en met 3
juli 1863. Tijdens deze drie dagen werd er heftig gevochten tussen de
Noordelijke Staten (de Union) en de Zuidelijke Staten (de Confederate States).
In totaal waren er 51.000 soldaten die overleden, gewond raakten, gevangen
werden genomen of vermist raakten. Het wordt gezien als de bloederigste
veldslag, maar ook als een keerpunt in de Civil War aangezien de Union de Slag
won, nadat ze een heleboel verliezen geleden hadden.
De geweren die tentoongesteld worden in het Visitor Center van Gettysburg
Nadat we rondgekeken hebben in het Visitor Center stappen
we weer in de bus om rond te gaan rijden door het gebied waar gevochten is. Het
ziet er allemaal heel vredig en rustig uit, maar de oude kanonnen die er nog
staan en de vele standbeelden geven aan dat het niet altijd zo is geweest.
Onderweg naar het Gettysburg National Militair Park, waar de Slag heeft plaats gevonden
Onze eerste stop is bij het Virginia Memorial (voor elke
staat is er een herdenkingsmonument). Hier staat een standbeeld van Robert E.
Lee, die de leiding had over het leger van de Zuidelijke Staten. Om het
standbeeld heen zijn mannen afgebeeld die hun werk neergelegd hebben om bij het
leger te gaan vechten, iets wat in de tijd van de Civil War ook gebeurde – mannen
moesten hun werk in de steek laten om voor hun land te vechten.
Het Virginia Memorial met het standbeeld van Robert E. Lee
Het standbeeld van Robert E. Lee kijkt uit over een grote
open vlakte. Dit is het gebied waar op 3 juli 1863 de Zuidelijke Staten hun
laatste aanval inzetten, die bekend staat als Pickett’s Charge. De aanval
mislukte en de Confederate States werden gedwongen zich terug te trekken.
De open vlakte waar de laatste aanval van de Zuidelijke Staten ingezet werd
Als we alle 27 weer in de bus zitten, rijden we verder
door Pitzer Woods (hier wachtten soldaten van de Confederate States op 2 juli
1863 tot ze mochten aanvallen) en langs een observatietoren, waar je uit kunt
kijken over het hele gevechtsgebied. Wij rijden echter door, hoewel de
buschauffeur overduidelijk graag had willen stoppen. Hij weet overigens ook erg
veel te vertellen over de Civil War en als onze reisleidster iets verkeerds of
niet volledigs zegt, verbetert hij haar meteen.
Pitzer Woods
De tweede stop die we maken is bij Little Round Top. Het
uitzicht hier is werkelijk adembenemend en maakt het moeilijk te geloven dat
hier lang geleden flink gevochten is. Toch heeft Little Round Top zeker een
belangrijke rol gespeeld in de Slag bij Gettysburg: de officieren van het leger
van de Union werden hier op de hoogte gebracht van de positie van het
zuidelijke leger en konden zo versterking regelen om zich te verdedigen.
Het uitzicht vanaf Little Round Top
Vanaf Little Round Top rijden we over Sykes Avenue. Generaal
George Sykes vocht tijdens de Civil War voor het leger van de Union, de
Noordelijke Staten.
De weg is vernoemd naar generaal George Sykes van het leger van de Union
Vanaf Sykes Avenue gaan we door naar onze laatste stop
bij het Pennsylvania Memorial. Ook dit was weer een belangrijke plek tijdens de
Slag, vooral voor het Union leger. De namen op het monument zijn van generaal
Meade en generaal Reynolds, beiden generaal voor het leger van de Union.
Generaal Reynolds overleefde de Slag niet: hij werd op 2 juli 1863 neergeschoten.
Het Pennsylvania Memorial
Alle verhalen, standbeelden, monumenten en indrukken
zorgen voor veel stilte bij terugkomst in de bus. Uiteraard heeft de lange dag
(het is inmiddels half zeven, we zijn al ruim elf uur onderweg) er ook iets mee
te maken. We verlaten daarom het Gettysburg National Military Park en gaan op
weg naar ons hotel in York. Dit is nog zo’n 35 mijl rijden, waardoor we nog een
uur onderweg zijn: pas om kwart voor acht ben ik op mijn kamer, twaalf en een
half uur nadat we vanochtend vertrokken zijn.
Het hotel waar we verblijven, ligt in een gebied zonder
winkels of restaurants in de buurt. Daarom, zo heeft onze reisleidster verteld,
is morgen het ontbijt inbegrepen. Voor vanavond kunnen we ook in het hotelrestaurant
dineren. Ik heb een beetje mijn twijfels (ik vrees dat het een dure kaart zal
zijn met weinig keuze), maar omdat ik toch moet eten, ga ik erheen. In het
restaurant word ik aangenaam verrast, want niet alleen is het eten goed, de
prijs valt ook nog eens mee.
Een heerlijke maaltijd later keer ik terug naar mijn
kamer om eigenlijk meteen te gaan slapen. Morgen zal ook weer een bijzondere
dag worden: we bezoeken eerst het gebied waar de Amish wonen en rijden daarna
door naar Washington D.C., de hoofdstad van de Verenigde Staten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten