dinsdag 22 oktober 2019

Reisverslag VS 2019: dag 12 - Charleston --> Savannah

Donderdag 15 augustus 2019

Gisteren hebben we een lange dag gehad met hitte, onweer, file en Boone Hall Plantation. Ook vandaag staat er weer een heleboel op het programma tijdens onze rit naar Savannah.

We staan rond zeven uur op, douchen, kleden ons aan en ontbijten op de kamer. Daarna is het koffers inpakken, de auto inladen, uitchecken en op weg! Buiten gaat de temperatuur alweer richting de dertig graden, dus we zijn blij dat we airco in de auto hebben.

Lang kunnen we niet van de airco genieten, want onze eerste stop is niet ver rijden. Via een kennis op Facebook kregen we de tip om Angel Oak te bezoeken: een grote, oude boom. We vinden het heel bijzonder om te zien, zeker door het zonlicht dat tussen de vele, lange takken doorschijnt. De langste tak is maar liefst rond de negentig meter en er wordt geschat dat de boom tussen de vierhonderd en vijfhonderd jaar oud is.

De prachtige Angel Oak

Nadat we rondgekeken hebben bij de boom en foto’s hebben gemaakt, vervolgen we onze weg. We rijden naar Beaufort en uiteindelijk naar Saint Helena Island. Dit eiland staat bekend om de Gullah cultuur. Vroeger woonden er veel slaven op het eiland. Ze kwamen uit verschillende landen, spraken verschillende talen en hadden verschillende gewoontes. Uit al die verschillende culturen is uiteindelijk de Gullah cultuur ontstaan: een soort mengelmoes van verschillende talen en gewoontes.

Gullah restaurant dat te zien was in 3 op Reis

In het televisieprogramma 3 op Reis hadden we een Gullah kerk gezien, waar we graag een vredeskaars willen brengen. We zoeken en zoeken, maar kunnen de kerk helaas niet vinden. Bij Penn School, een cultureel en educatief centrum over de Afro-Amerikaanse geschiedenis, geven we ten slotte de kaars af. We hadden graag langer bij het centrum willen blijven, maar we hebben nog een boottocht op het programma staan waar we op tijd moeten zijn.

Zo snel als wettelijk is toegestaan rijden we van Saint Helena Island naar Hilton Head Island. We parkeren de auto en haasten ons naar de steiger waar de boot zal gaan vertrekken. Gelukkig zijn we nog op tijd. We stappen in een grote boot, maar als blijkt dat we met niet heel veel mensen zijn, stappen we over in een kleinere boot: de SS Pelican.

Landschap bij de haven

We vertrekken uit de haven en varen eerst een stukje naar rechts, waar kort geleden dolfijnen te zien waren. Nu zijn ze echter nergens te bekennen. We keren en varen de andere kant op. Daar hebben we meer gelukkig: twee dolfijnen laten zich af en toe aan de rondvarende boten zien.

Speelse dolfijn bij de boten

Als we allemaal foto’s gemaakt hebben, varen we verder. We zien onderweg veel vogels en ook veel oesters. Alle zijkanten van het water zijn ermee bezaaid, want oesters kunnen hier goed leven. De lichte delen die we zien, zijn oude oesterschelpen die zijn blijven liggen.

Nog een dolfijn, met op de achtergrond de oesters

Langs grote huizen varen we verder. Een bijzonder groot huis heeft nog een groot huis ernaast in dezelfde bouwstijl. Dat huis, zo vertelt de kapitein, was een cadeau van de huiseigenaar voor zijn twaalfjarige kleindochter…

Het 'echte' huis (rechts) en het cadeautje (links)...

We varen verder onder een brug door en keren uiteindelijk om. De zon is nu meer achter ons, wat betekent dat ik wat meer schaduw krijg. Op het water varen is heerlijk, maar de brandende zon en hoge temperatuur maken het wat minder aangenaam.

Al snel zijn we weer terug bij de haven en is de boottocht van anderhalf uur al ten einde. We lopen over de steiger en zien ineens vlakbij een dolfijn opduiken. Het is een speels dier: hij blijft vlakbij de steiger omhoog komen en laat zich rustig fotograferen.

Deze dolfijn verscheen in de haven

Uiteindelijk zien we de dolfijn niet meer en besluiten we terug te gaan richting de auto. We maken nog wel wat omgevingsfoto’s, want het landschap is hier heel anders dan we tot nu toe gezien hebben.

Het bijzondere landschap hier

Bij de auto drinken we eerst even flink wat water om weer een beetje bij te komen van de warme boottocht. Dan beginnen we aan de rit naar het hotel in Savannah. Voor de verandering rijden we niet over de snelweg, maar over meer secundaire wegen. Onderweg zien we veel Spaanse eiken en af en toe een dorpje.

Vlak voor een grote brug die naar Savannah leidt, steken we de staatsgrens over. Een klein bord vertelt ons dat we nu in de staat Georgia zijn, de laatste staat die we bezoeken voor we terug naar Florida keren.

Welkom in Georgia!

We rijden de brug over en komen in Savannah, wat een nog best grote stad blijkt te zijn. Het hotel is makkelijk te vinden. We checken in en krijgen dan de onaangename verrassing van 21 dollar parkeerkosten voor één nachtje. Die hadden we niet aan zien komen…

Onze kamer is vlakbij de receptie, want om één of andere reden krijgen we een kamer voor gehandicapten toegewezen. We pakken een beetje uit en komen tot de conclusie dat het hotel helaas geen zwembad heeft om af te koelen. We besluiten daarom op zoek te gaan naar een ijswinkel. Het wordt uiteindelijk de McDonald’s, waar ze gerechten aanbieden uit verschillende landen. Zo blijken ze een echte ‘stroopwafel McFlurry’ te hebben. Het duurt even voor we hem krijgen, maar dan kunnen we toch echt stroopwafels eten in de Verenigde Staten.

De Stroopwafel McFlurry

Met onze ijsjes lopen we wat rond door het stadscentrum. Savannah blijkt een best gezellig centrum te hebben, maar de hitte zorgt ervoor dat we er niet echt van kunnen genieten. Bij een soort countrybar eten we iets en komen we weer op temperatuur. Als we het restaurantje verlaten, begint het te regenen, wat we niet eens zo erg vinden.

Via de straat langs de rivier lopen we terug naar het hotel. Op de kamer bestuderen we de route voor morgen: dan gaan we weer terug naar Florida en zullen we overnachten in de oude Spaanse stad St. Augustine.

Tot morgen!

Lees verder: Dag 13



Geen opmerkingen:

Een reactie posten