maandag 19 september 2016

Reisverslag Noord-Amerika 2016: dag 16

Maandag 25 juli 2016: Las Vegas --> Death Valley

Na alle gekte van de afgelopen twee dagen gaan we vandaag weer de rust in: het eindpunt is de woestijn Death Valley, waar we ook zullen overnachten. In totaal leggen we vandaag zo’n 150 mijl af, wat ongeveer tweeënhalf uur rijden is.

Rond zeven uur ’s ochtends staan we op na een redelijk goede nachtrust. We nemen snel een verfrissende douche, kleden ons aan en pakken vast de meeste spullen in. Uiteraard halen we nog een voorraadje ijsblokjes om het water in ieder geval het eerste stukje van de rit nog koel te houden.

Als we rond half negen de auto ingeladen hebben, gaan we het hoofdgebouw van Circus Circus in voor het ontbijt. We komen terecht bij hetzelfde restaurant als gisteren… met deze caissière die nog steeds niet begrijpt dat ik geen vlees bij mijn ontbijt wil. Gelukkig staan mijn medereisgenoten me bij en houden we het allemaal bij een simpel broodje vanochtend.

Tegen half tien zeggen we de chaos van Las Vegas gedag en gaan we op weg naar Death Valley. Iets buiten de stad stoppen we even om te tanken en later nog een keer om geld op te nemen, aangezien de kosten voor het opnemen in Las Vegas belachelijk hoog waren ($7,95 alleen om geld op te mogen nemen…).

Met volle tank en volle portemonnees rijden we verder. Langzaam wordt het landschap bergachtiger en natuurlijk steeds droger. Er is nauwelijks begroeiing meer, alleen hier en daar wat dor gras. Bordjes langs de kant van de weg waarschuwen dat we voorbij het laatste tankstation voor Death Valley komen. We controleren onze benzinetank voor de zekerheid nog een keer en gaan dan het park in.

Onze eerste stop is bij Zabriskie Point, een uitkijkpunt over de bergen van de woestijn. Het is vanaf de parkeerplaats slechts een paar honderd meter lopen, maar heuvelop in de gigantisch droge hitte lopen is alles behalve makkelijk! Het uitzicht boven maakt echter veel goed, want het is werkelijk prachtig.

Uitzicht bij Zabriskie Point

We nemen ruimschoots de tijd voor foto’s, aangezien elke kant er anders uit ziet. Donkere en lichtere kleuren wisselen elkaar heel mooi af met hier en daar strepen gemaakt door de wind.

Prachtige kleuren en strepen in de woestijn

Na een minuut of tien wordt de hitte ons toch te veel en gaan we terug naar de auto. We rijden naar het Visitor Center, dat midden in de woestijn ligt bij Furnace Creek Ranch.

Furnace Creek Ranch

Voor het Visitor Center staat een grote thermometer, die de temperatuur van dat moment in Death Valley aan geeft. Op dit moment is het 122 graden Fahrenheit, oftewel 50 graden Celsius…

Warm? Een beetje maar!

We koelen even af in het Visitor Center, waarna we op zoek gaan naar een lunch. Het restaurant bij Furnace Creek heeft grote borden met patat en hamburgers op de kaart staan, maar daar hebben we eigenlijk niet zo’n trek in. We kiezen uiteindelijk voor een broodje van de General Store (de ‘algemene winkel’) naast het restaurant en eten het buiten in de schaduw op. Hierbij krijgen we gezelschap van verschillende vogels, die onze broodjes wel erg interessant vinden…

Nadat we de vogels ontweken hebben, gaan we terug naar de auto en rijden we naar Badwater: het laagste punt in Death Valley. Hier is het water verdampt en heeft het een grote zoutvlakte achter gelaten.

De zoutvlakte van Badwater

Bij Badwater staat ook een bordje dat aangeeft hoe laag je nu eigenlijk staat: 85,5 meter onder het zeeniveau.

85,5 meter onder zeeniveau

Omdat de hitte het echt niet toestaat, lopen we niet de zoutvlakte op, maar gaan we terug naar de auto. We rijden terug naar Furnace Creek en slaan dan af richting Stovepipe Wells Village, waar we zullen overnachten.

Uitzicht bij Stovepipe Wells Village

Als we aankomen, zijn de kamers nog niet klaar. We mogen van het hotel handdoeken lenen om naar het zwembad te gaan, maar omdat er niet echt een plek is om om te kleden, houden we het bij een verkoelend drankje in de saloon. We hebben ook geluk dat de Wifi even werkt, zodat we iedereen in Nederland gerust kunnen stellen dat we veilig bij het hotel zijn.

De saloon (bar) bij het hotel

Na het drankje kijken we nog even rond in het dorpje, dat bestaat uit een tankstation, General Store en het hotel met souvenirwinkel, saloon (bar) en restaurant. Wanneer we weer terug komen bij de receptie, blijken de kamers inmiddels wel klaar te zijn en kunnen we inchecken. Het zijn simpele kamers, maar het kunnen overnachten in de woestijn maakt het extra leuk.

De General Store bij zonsondergang

We pakken snel een beetje uit, leggen de flessen water in de koelkast en haasten ons dan naar het zwembad. Het is nog niet druk en we vermaken ons prima in het koele water. Bij het zwembad staat een basketbalnetje en er zijn twee ballen, dus al snel is er een echte wedstrijd gaande.

Wanneer het drukker wordt, verlaten we het water om op te drogen. Dit gaat uiteraard heel snel. We lopen terug naar de kamers, waar we nog een paar shirtjes wassen en buiten te drogen leggen. Rond zeven uur gaan we naar het restaurant voor een heerlijke maaltijd met onbeperkt limonade. Er wordt ook water aangeboden, maar in verband met de droogte in het gebied vragen ze je alleen water te nemen als je het echt op wilt drinken.

Met volle maag verlaten we het restaurant. We kijken nog even in de General Store en proberen de Wifi bij de lobby, maar deze werkt helaas niet doordat er te veel mensen het proberen. Tsja, wat moet je dan doen ’s avonds in de woestijn? Zwemmen natuurlijk! We nemen nog even een verfrissende duik en genieten van de nu aangename temperatuur. Als het donker wordt, lopen we rustig naar onze kamers, ondertussen de vele sterren bewonderend.

Er is weinig licht in Death Valley, dus de sterren zijn goed te zien

Op de kamers lezen we nog even in op morgen. Dan gaan we naar een heel ander landschap, namelijk het prachtige Yosemite National Park.


Tot morgen!

Lees verder: Dag 17 (Death Valley --> Yosemite)



Geen opmerkingen:

Een reactie posten