Woensdag 25 juli 2018: Bend --> Pendleton
Gisteren hebben we de
prachtige omgeving van Bend bekeken met het indrukwekkende Fort Rock en
bijzondere Lava Lands. Ook vandaag zal bijzonder worden, want we hebben
namelijk de Painted Hills op het programma staan.
Dankzij de bovenburen, die
heel veel heen en weer liepen afgelopen nacht, hebben we geen van beiden goed
geslapen. Als we bij het opstaan ook nog eens een gemist gesprek van de notaris
voor ons huis blijken te hebben, lijkt de gekke ochtend al compleet. Met behulp
van de vader van mijn vriend, die de notaris informeert over het feit dat we in
het buitenland zijn, en WhatsApp krijgen we de notaris alsnog te spreken en
kunnen we een afspraak maken om alle officiële documenten voor ons
nieuwbouwhuis te ondertekenen. Vandaag is nu al een bijzondere dag!
Na deze start moeten we even
omschakelen naar ons ochtendritueel van douchen en aankleden. Gelukkig zet het
sfeerloze restaurant van het hotel de knop voor ons om. Het ontbijt is
hetzelfde als gisteren met dezelfde ‘gezellige’ vrouw als personeel. Wel voegt
ze nog wat voorverpakte muffins aan het ontbijt toe, die we mee kunnen nemen
voor onderweg.
Iets voor half negen zeggen we
ons leuke Shilo Inns Bend hotel gedag en vertrekken we richting de Painted
Hills, wat een rit van ongeveer twee uur is. Onderweg zien we veel landbouw met
enorme sproei-installaties om te voorkomen dat de gewassen verdorren. Dichter
bij de Painted Hills wordt het landschap wat heuvelachtiger en kaler. Er komen
wat meer bochten in de weg met hier en daar wat bomen.
Vlakbij de Painted Hills zien
we het eerste stukje van het landschap dat ons beloofd is: een rots met
verschillende kleuren rood, alsof de lijnen erop geschilderd zijn. We stoppen
meteen twee keer voor foto’s, want dit is al heel erg mooi.
Het begin van de Painted Hills
Met de foto’s op onze camera’s
rijden we verder naar het officiële begin van de Painted Hills. Dit houdt in
dat we over een kiezelweggetje verder moeten. Na ongeveer een kilometer komen
we bij een toiletgebouw en een informatiegebouwtje waar we foldertjes kunnen
pakken, want het gebied is een officieel nationaal park. De Painted Hills zijn
onderdeel van het John Day Fossil Beds park. Dit park bestaat uit drie delen
(de Painted Hills, Sheep Rock en Clarno), die niet bij elkaar liggen. Bezoekers
moeten dus goed weten welk deel van het park ze willen bezoeken. Alleen Sheep
Rock heeft een Visitor Center, de andere twee delen hebben alleen een
toiletgebouw en picknickbankjes.
In het Painted Hills gedeelte
van het park zijn vijf uitkijkpuntjes met wandelingen. Met de auto rijden we
naar het eerste punt, de Painted Hills Overlook Trail. Dit is een wandeling van
ongeveer achthonderd meter die iets omhoog gaat. Natuurlijk lopen we het stuk
in de warmte, want het levert ons een adembenemend uitzicht op. We kijken neer
op de heuvels die allemaal gestreept zijn. We zien rode rotsen, gele, wat
lichtergekleurde en wat donkergekleurde. Hier en daar zien we zwarte strepen
tussen het rood en oranje. Het is echt heel bijzonder!
Painted Hills Overlook
Op dit plekje komen we ook een
Nederlands echtpaar tegen. Dit is pas de tweede keer dat we Nederlanders zien
tijdens onze reis. We praten even over de routes die we gereden hebben en nog
gaan rijden, maar genieten dan weer verder van het uitzicht.
Andere kant van de Overlook
Bijna met tegenzin gaan we
terug naar beneden. Aan de overkant zien we nog een mogelijke wandeling, maar
omdat deze bijna tweeënhalve kilometer is, besluiten we door te gaan naar punt
twee: de Painted Cove Trail. Deze wandeling is ongeveer vierhonderd meter en
loopt om een heuvel heen. Om de grond te beschermen, gaat een deel van de
wandeling over een soort steiger. Ook dit punt is erg mooi: donkerrode rotsen
met hier en daar wat lichtere kleuren. Een andere heuvel is ook wat meer
koperkleurig met blauwgrijze steen. Een informatiebordje vertelt ons dat de
heuvels aan de binnenkant van het pad 33 miljoen jaar oud zijn en de heuvels
aan de buitenkant veertig miljoen jaar. Dit hebben ze door middel van
grondonderzoek kunnen bepalen.
Painted Cove Trail
Delen van de rotsen die we
zien, vinden we ook een beetje op Lava Lands lijken. Niet vanwege de kleur,
maar vanwege de gebarsten rotsen. Dit soort rotsen met ‘gaatjes’ erin, zagen we
gisteren namelijk ook veel.
Gebarsten rotsen (rechts)
We maken ons rondje om de
heuvel af en gaan door naar de laatste stop van het park, omdat de Leaf Hill
Trail (stop 4) ons minder aanspreekt. Volgens de folder gaat de Leaf Hill Trail
vooral over de bloemen die nu in het gebied groeien, nadat er heel veel
fossielen zijn opgegraven. Om de fossielen staat het hele John Day Fossil Beds
park bekend: in alle drie de delen zijn veel opgravingen gedaan, waarbij veel
fossielen gevonden zijn.
De laatste stop van het park
is de Red Scar Knoll Trail, ook wel de Red Hill genoemd. Deze wandeling van
ongeveer vierhonderd meter loopt om een zeer donkerrode rots heen. Vroeger was
hier duidelijk water, maar de hitte (elf uur ’s ochtends en al 37 graden…)
heeft ervoor gezorgd dat dit verdwenen is. We lopen dan ook wat langzamer dan
gebruikelijk naar de andere kant van de prachtige heuvel. Andere rotsen die we
zagen, waren wat lichter van kleur, terwijl deze echt donkerbruinrood is met
wat gelige tinten. We vinden het echt heel bijzonder om al die verschillende
kleuren in de rotsen te zien.
Red Hill
Vanaf de Red Hill gaan we met
de auto terug naar het beginpunt. We kijken nog één keer om naar de prachtige
Painted Hills en beginnen dan aan de rit naar Sheep Rock, een ander deel van
John Day Fossil Beds. Om nog maar eens aan te geven dat het belangrijk is om te
weten welk deel van het park je wilt bezoeken: Sheep Rock ligt op een uur
rijden vanaf de Painted Hills.
Een laatste blik op de Painted Hills
Onderweg naar Sheep Rock
rijden we door een heuvelachtig, stoffig landschap met veel bochten. Het is er
ook warm: de buitenthermometer van de auto tikt zelfs even de 39 graden aan… In
het Visitor Center bij Sheep Rock is het gelukkig heerlijk koel. Er wordt in
het gebouw uitgebreid informatie gegeven over het onderzoek dat er in het park
gedaan wordt. Zo is er onder andere een raam met uitzicht op de werkende
wetenschappers en een tentoonstelling over de dieren die vroeger in het gebied
leefden. Bij de tentoonstelling zijn ook fossielen te zien die in John Day
Fossil Beds gevonden zijn.
Na het bekijken van de
tentoonstelling bezoeken we uiteraard nog even het winkeltje van het Visitor
Center. Hier zien we een heel erg schattige knuffel van een sabeltandtijger,
die we besluiten aan onze verzameling knuffels toe te voegen.
Onze nieuwste knuffel (foto gemaakt bij Lake Agnes, later tijdens de reis)
Met de sabeltandtijgerknuffel
verlaten we het Visitor Center en gaan we terug naar de parkeerplaats. Hier
lunchen we en maken we foto’s van Sheep Rock: een rots met blauwgrijze steen
die we een soort combinatie vinden van Bryce Canyon en de Grand Canyon (gezien
vanaf de bodem van de canyon). Een schaap zien we niet echt in de vorm van de
rots, ik vind het persoonlijk op de Sorteerhoed van Harry Potter lijken…
Sheep Rock of sorteerhoed?
Als we foto’s gemaakt hebben,
rijden we naar de James Cant Ranch, een boerderijhuis aan de overkant van het
Visitor Center. Vroeger was het een schapenranch, nu staan er meer fruitbomen.
We volgen een pad langs een groen veld in de hoop de John Day River te zien,
maar enorme kale struiken blokkeren het uitzicht.
Veld bij de Ranch
We volgen het pad terug en
kijken bij de oude schuur. Omdat er gewaarschuwd wordt voor ratelslangen gaan
we niet verder naar binnen. We kijken nog even bij wat oude machines en bij de
plaats waar vroeger de schapen stonden voor we besluiten terug te gaan naar het
Visitor Center. Hier halen we nog wat koud water en dan beginnen we aan de
laatste etappe van de dag: de rit van nog drie uur naar Pendleton.
Oude machines
Vol goede moed beginnen we te
rijden. We gaan weer meer door de bossen en klimmen ook weer meer. Na een
tijdje valt het ons op dat er niemand anders op de weg te zien is. Zowel voor
ons als achter ons rijdt helemaal niemand. Zou dat komen door alle bochten in
de weg? Het is namelijk de ene haarspeldbocht na de andere. Net als je denkt
dat de weg een stukje rechtdoor gaat, komt er weer een nieuwe bocht.
Ondertussen klimmen we ook nog flink. Als er na bocht 429 ineens het liedje ‘I
want to be a hippie’ op de radio komt, schieten we dan ook flink in de lach.
We blijven helaas niet lang
lachen, want de bochten blijven komen. Er is ook nog steeds niemand te zien.
Volgens ons navigatiesysteem moeten we echter in de buurt van een dorpje komen.
En ja, hoor: ineens is daar Heppner, een stadje met zo’n 1300 inwoners en een
tankstation.
Nadat we getankt hebben en ik
het stuur weer overgenomen heb, vervolgen we onze weg. Het landschap lijkt wat
kaler, waardoor we op verandering hopen. Helaas: ook de komende anderhalf uur
worden we op de ene na de andere haarspeldbocht getrakteerd. Pas het laatste
stuk voor Pendleton wordt het minder. We zijn dan ook blij als we eindelijk bij
het hotel zijn.
We checken in en krijgen kamer
369 toegewezen. Omdat we geen zin meer hebben om te rijden, gaan we naar het
restaurant van het hotel om te eten. Het enige vegetarische op de menukaart is
een salade, die bij de voorgerechten staat. Het is echter wel een Amerikaans
voorgerecht, dus de salade blijkt een prima maaltijd.
Buiten is het intussen nog
steeds warm, dus trekken we onze zwemkleding aan en gaan we naar het zwembad.
Het zwembadwater zelf is ons te koud, maar het bubbelbad is heerlijk op
temperatuur.
Het zwembad van het hotel later op de avond
We zitten nog een tijdje
heerlijk buiten en gaan uiteindelijk pas als het donker wordt richting de
kamer. We maken geen haast om meteen te gaan slapen, omdat we morgen pas later
op de dag beginnen: we hebben namelijk om half twaalf een bezoek aan de
Underground Tour in Pendleton zelf op het programma staan. Dit is een tour door
de ondergrondse wereld van Pendleton, iets dat ook in ‘Wie is de Mol?’ te zien
was en waar we dus weer heel veel zin in hebben. Of het morgen ook weer zo’n
bijzondere dag wordt als vandaag betwijfelen we, want vandaag was met het
gesprek met de notaris, de Painted Hills en de honderdduizend haarspeldbochten
toch wel heel bijzonder!
Tot morgen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten