woensdag 26 september 2018

Reisverslag Canada & VS 2018: dag 10

<-- Vorige dag

Woensdag 25 juli 2018: Bend --> Pendleton

Gisteren hebben we de prachtige omgeving van Bend bekeken met het indrukwekkende Fort Rock en bijzondere Lava Lands. Ook vandaag zal bijzonder worden, want we hebben namelijk de Painted Hills op het programma staan.

Dankzij de bovenburen, die heel veel heen en weer liepen afgelopen nacht, hebben we geen van beiden goed geslapen. Als we bij het opstaan ook nog eens een gemist gesprek van de notaris voor ons huis blijken te hebben, lijkt de gekke ochtend al compleet. Met behulp van de vader van mijn vriend, die de notaris informeert over het feit dat we in het buitenland zijn, en WhatsApp krijgen we de notaris alsnog te spreken en kunnen we een afspraak maken om alle officiële documenten voor ons nieuwbouwhuis te ondertekenen. Vandaag is nu al een bijzondere dag!

Na deze start moeten we even omschakelen naar ons ochtendritueel van douchen en aankleden. Gelukkig zet het sfeerloze restaurant van het hotel de knop voor ons om. Het ontbijt is hetzelfde als gisteren met dezelfde ‘gezellige’ vrouw als personeel. Wel voegt ze nog wat voorverpakte muffins aan het ontbijt toe, die we mee kunnen nemen voor onderweg.

Iets voor half negen zeggen we ons leuke Shilo Inns Bend hotel gedag en vertrekken we richting de Painted Hills, wat een rit van ongeveer twee uur is. Onderweg zien we veel landbouw met enorme sproei-installaties om te voorkomen dat de gewassen verdorren. Dichter bij de Painted Hills wordt het landschap wat heuvelachtiger en kaler. Er komen wat meer bochten in de weg met hier en daar wat bomen.

Vlakbij de Painted Hills zien we het eerste stukje van het landschap dat ons beloofd is: een rots met verschillende kleuren rood, alsof de lijnen erop geschilderd zijn. We stoppen meteen twee keer voor foto’s, want dit is al heel erg mooi.

Het begin van de Painted Hills

Met de foto’s op onze camera’s rijden we verder naar het officiële begin van de Painted Hills. Dit houdt in dat we over een kiezelweggetje verder moeten. Na ongeveer een kilometer komen we bij een toiletgebouw en een informatiegebouwtje waar we foldertjes kunnen pakken, want het gebied is een officieel nationaal park. De Painted Hills zijn onderdeel van het John Day Fossil Beds park. Dit park bestaat uit drie delen (de Painted Hills, Sheep Rock en Clarno), die niet bij elkaar liggen. Bezoekers moeten dus goed weten welk deel van het park ze willen bezoeken. Alleen Sheep Rock heeft een Visitor Center, de andere twee delen hebben alleen een toiletgebouw en picknickbankjes.

In het Painted Hills gedeelte van het park zijn vijf uitkijkpuntjes met wandelingen. Met de auto rijden we naar het eerste punt, de Painted Hills Overlook Trail. Dit is een wandeling van ongeveer achthonderd meter die iets omhoog gaat. Natuurlijk lopen we het stuk in de warmte, want het levert ons een adembenemend uitzicht op. We kijken neer op de heuvels die allemaal gestreept zijn. We zien rode rotsen, gele, wat lichtergekleurde en wat donkergekleurde. Hier en daar zien we zwarte strepen tussen het rood en oranje. Het is echt heel bijzonder!

Painted Hills Overlook

Op dit plekje komen we ook een Nederlands echtpaar tegen. Dit is pas de tweede keer dat we Nederlanders zien tijdens onze reis. We praten even over de routes die we gereden hebben en nog gaan rijden, maar genieten dan weer verder van het uitzicht.

Andere kant van de Overlook

Bijna met tegenzin gaan we terug naar beneden. Aan de overkant zien we nog een mogelijke wandeling, maar omdat deze bijna tweeënhalve kilometer is, besluiten we door te gaan naar punt twee: de Painted Cove Trail. Deze wandeling is ongeveer vierhonderd meter en loopt om een heuvel heen. Om de grond te beschermen, gaat een deel van de wandeling over een soort steiger. Ook dit punt is erg mooi: donkerrode rotsen met hier en daar wat lichtere kleuren. Een andere heuvel is ook wat meer koperkleurig met blauwgrijze steen. Een informatiebordje vertelt ons dat de heuvels aan de binnenkant van het pad 33 miljoen jaar oud zijn en de heuvels aan de buitenkant veertig miljoen jaar. Dit hebben ze door middel van grondonderzoek kunnen bepalen.

Painted Cove Trail

Delen van de rotsen die we zien, vinden we ook een beetje op Lava Lands lijken. Niet vanwege de kleur, maar vanwege de gebarsten rotsen. Dit soort rotsen met ‘gaatjes’ erin, zagen we gisteren namelijk ook veel.

Gebarsten rotsen (rechts)

We maken ons rondje om de heuvel af en gaan door naar de laatste stop van het park, omdat de Leaf Hill Trail (stop 4) ons minder aanspreekt. Volgens de folder gaat de Leaf Hill Trail vooral over de bloemen die nu in het gebied groeien, nadat er heel veel fossielen zijn opgegraven. Om de fossielen staat het hele John Day Fossil Beds park bekend: in alle drie de delen zijn veel opgravingen gedaan, waarbij veel fossielen gevonden zijn.

De laatste stop van het park is de Red Scar Knoll Trail, ook wel de Red Hill genoemd. Deze wandeling van ongeveer vierhonderd meter loopt om een zeer donkerrode rots heen. Vroeger was hier duidelijk water, maar de hitte (elf uur ’s ochtends en al 37 graden…) heeft ervoor gezorgd dat dit verdwenen is. We lopen dan ook wat langzamer dan gebruikelijk naar de andere kant van de prachtige heuvel. Andere rotsen die we zagen, waren wat lichter van kleur, terwijl deze echt donkerbruinrood is met wat gelige tinten. We vinden het echt heel bijzonder om al die verschillende kleuren in de rotsen te zien.

Red Hill

Vanaf de Red Hill gaan we met de auto terug naar het beginpunt. We kijken nog één keer om naar de prachtige Painted Hills en beginnen dan aan de rit naar Sheep Rock, een ander deel van John Day Fossil Beds. Om nog maar eens aan te geven dat het belangrijk is om te weten welk deel van het park je wilt bezoeken: Sheep Rock ligt op een uur rijden vanaf de Painted Hills.

Een laatste blik op de Painted Hills

Onderweg naar Sheep Rock rijden we door een heuvelachtig, stoffig landschap met veel bochten. Het is er ook warm: de buitenthermometer van de auto tikt zelfs even de 39 graden aan… In het Visitor Center bij Sheep Rock is het gelukkig heerlijk koel. Er wordt in het gebouw uitgebreid informatie gegeven over het onderzoek dat er in het park gedaan wordt. Zo is er onder andere een raam met uitzicht op de werkende wetenschappers en een tentoonstelling over de dieren die vroeger in het gebied leefden. Bij de tentoonstelling zijn ook fossielen te zien die in John Day Fossil Beds gevonden zijn.

Na het bekijken van de tentoonstelling bezoeken we uiteraard nog even het winkeltje van het Visitor Center. Hier zien we een heel erg schattige knuffel van een sabeltandtijger, die we besluiten aan onze verzameling knuffels toe te voegen.

Onze nieuwste knuffel (foto gemaakt bij Lake Agnes, later tijdens de reis)

Met de sabeltandtijgerknuffel verlaten we het Visitor Center en gaan we terug naar de parkeerplaats. Hier lunchen we en maken we foto’s van Sheep Rock: een rots met blauwgrijze steen die we een soort combinatie vinden van Bryce Canyon en de Grand Canyon (gezien vanaf de bodem van de canyon). Een schaap zien we niet echt in de vorm van de rots, ik vind het persoonlijk op de Sorteerhoed van Harry Potter lijken…

Sheep Rock of sorteerhoed?

Als we foto’s gemaakt hebben, rijden we naar de James Cant Ranch, een boerderijhuis aan de overkant van het Visitor Center. Vroeger was het een schapenranch, nu staan er meer fruitbomen. We volgen een pad langs een groen veld in de hoop de John Day River te zien, maar enorme kale struiken blokkeren het uitzicht.

Veld bij de Ranch

We volgen het pad terug en kijken bij de oude schuur. Omdat er gewaarschuwd wordt voor ratelslangen gaan we niet verder naar binnen. We kijken nog even bij wat oude machines en bij de plaats waar vroeger de schapen stonden voor we besluiten terug te gaan naar het Visitor Center. Hier halen we nog wat koud water en dan beginnen we aan de laatste etappe van de dag: de rit van nog drie uur naar Pendleton.

Oude machines

Vol goede moed beginnen we te rijden. We gaan weer meer door de bossen en klimmen ook weer meer. Na een tijdje valt het ons op dat er niemand anders op de weg te zien is. Zowel voor ons als achter ons rijdt helemaal niemand. Zou dat komen door alle bochten in de weg? Het is namelijk de ene haarspeldbocht na de andere. Net als je denkt dat de weg een stukje rechtdoor gaat, komt er weer een nieuwe bocht. Ondertussen klimmen we ook nog flink. Als er na bocht 429 ineens het liedje ‘I want to be a hippie’ op de radio komt, schieten we dan ook flink in de lach.

We blijven helaas niet lang lachen, want de bochten blijven komen. Er is ook nog steeds niemand te zien. Volgens ons navigatiesysteem moeten we echter in de buurt van een dorpje komen. En ja, hoor: ineens is daar Heppner, een stadje met zo’n 1300 inwoners en een tankstation.

Nadat we getankt hebben en ik het stuur weer overgenomen heb, vervolgen we onze weg. Het landschap lijkt wat kaler, waardoor we op verandering hopen. Helaas: ook de komende anderhalf uur worden we op de ene na de andere haarspeldbocht getrakteerd. Pas het laatste stuk voor Pendleton wordt het minder. We zijn dan ook blij als we eindelijk bij het hotel zijn.

We checken in en krijgen kamer 369 toegewezen. Omdat we geen zin meer hebben om te rijden, gaan we naar het restaurant van het hotel om te eten. Het enige vegetarische op de menukaart is een salade, die bij de voorgerechten staat. Het is echter wel een Amerikaans voorgerecht, dus de salade blijkt een prima maaltijd.

Buiten is het intussen nog steeds warm, dus trekken we onze zwemkleding aan en gaan we naar het zwembad. Het zwembadwater zelf is ons te koud, maar het bubbelbad is heerlijk op temperatuur.

Het zwembad van het hotel later op de avond

We zitten nog een tijdje heerlijk buiten en gaan uiteindelijk pas als het donker wordt richting de kamer. We maken geen haast om meteen te gaan slapen, omdat we morgen pas later op de dag beginnen: we hebben namelijk om half twaalf een bezoek aan de Underground Tour in Pendleton zelf op het programma staan. Dit is een tour door de ondergrondse wereld van Pendleton, iets dat ook in ‘Wie is de Mol?’ te zien was en waar we dus weer heel veel zin in hebben. Of het morgen ook weer zo’n bijzondere dag wordt als vandaag betwijfelen we, want vandaag was met het gesprek met de notaris, de Painted Hills en de honderdduizend haarspeldbochten toch wel heel bijzonder!

Tot morgen!

Lees verder: Dag 11



Geen opmerkingen:

Een reactie posten